Afbeelding
Foto:

Tien onwaarheden

die de politiek liever zo laat: 1) “We hebben geen geld”. Natuurlijk heeft de gemeente geld, maar echt ze weten niet altijd waar het is. In het verleden zijn er mooie plannetjes bedacht, waarvoor al vast gelden gereserveerd zijn. Veel van die plannetjes gaan niet door, of er blijft geld over. Ambtenaren willen nog wel eens te ruim reserveren. Dit hoeft geen fraude te zijn. Waar dat geld zit weet alleen die ambtenaar nog, die het òf achter de hand houdt voor een nieuw project, of die inmiddels met pensioen is gegaan. De wethouder weet het in geen geval; hij zit er nog maar net en vertrekt over een paar jaartjes wel weer. 2) “De burgemeester/de wethouder/de raad is het machtigste orgaan”. Het is niet waar, een ieder heeft zijn eigen rol en is in die positie het machtigst. Hoeveel macht elk orgaan feitelijk heeft is mede-afhankelijk van de sterkte van de andere organen. Welke ruimte krijgen de diverse organisatie-onderdelen en in hoeverre wordt die ruimte ingevuld of ingepikt? 3) “De begroting geeft een getrouw beeld van de financiële situatie van de gemeente". De accountantsverklaring. Als het financieel echt een chaos is, geeft een accountant die niet af, maar meestal is hij wel bereid een verklaring af te geven; dat hij de begroting in elk geval heeft gezien en dat datgene wat hij gezien heeft een redelijke beschrijving van wat de werkelijkheid zou kunnen zijn; een chaos. Want dat staat er; ik heb het gezien en wat ik gezien heb, kon wel eens kloppen met de werkelijkheid. 4) “Enschede vervult een centrumfunctie voor de regio". Elke stad, elk dorp, elk gehucht vervult een centrumfunctie voor een bepaald gebied. 5) “Een stad als Enschede moet een wedstrijdbad/schouwburg en theater en windmolens hebben". Waarom? Een dergelijke voorziening is bedoeld als partij/mannetjesikoon. “Zie je die windmolen daar? Gebouwd toen wij hier de macht hadden.” Een stempeltje zetten. 6) “We gaan de belastingen niet verhogen”. Doen ze wel, dus. 7) “Ik bel je wel (vanuit de auto)”. Telefoongesprekken laten geen sporen achter. Alles via het Internet kan achterhaald worden. Zelfs een e-mailtje valt tegenwoordig onder de WOB. 8) “Daarvoor moet u bij mijn voorganger zijn”. Nee joh, bij jou. Jij hebt nu die portefeuille met alle risico’s die erbij horen. Ook wel lijken in de kast genoemd. 9) “Ik stuur wel een memo". Dan kan de ambtenaar een antwoord bedenken en opschrijven en is de bestuurder gedekt. De bestuurder duikt, zo wordt dat genoemd. Hij wil geen politieke verantwoording afleggen, terwijl dat juist de kracht van democratie is. 10) Tot slot een zeer omstreden stelling: “Kernenergie is de schoonste brandstof”. De stelling klopt, maar het onderwerp is een politiek taboe.


Jan Visser