Broer en zus

In deze verwarde tijden voor wat relaties betreft, heb ik de laatste jaren twee keer bij een echtscheiding betrokkenen horen zeggen, dat ze leefden als broer en zus. Ik vind dat een nare uitdrukking. Het suggereert een hoop, maar zegt niets.

Ik ben een nakomertje uit een gezin van drie jongens en één meid; Griet. Mijn zus is de oudste van het stel en was in haar puberteit toen ik geboren werd. Mijn moeder was bedlegerig na de geboorte, zodat de zorg voor de pasgeborene voor Griet haar rekening kwam. Het verhaal gaat, dat zij de kleine nogal bemoederde en de nakomeling beschermde tegen de grote jongens, terwijl het kind steeds minder de zus nodig had en steeds meer op anderen ging richten.

Ik weet nog dat ik door mijn broers bovenop een deur werd gezet die steeds dichter werd geschoven. Ik hield mij vast aan een spijker, waar een schilderij aan had gehangen. Op de deur werd de ruimte voor houvast steeds kleiner totdat ik er afviel en dan werd ik opgevangen. Dat wist je en je twijfelde er geen seconde aan. Mijn moeder haatte dit en dat Griet daarom boos was op mijn broers, dat weet ik niet, maar dat ze zo nu en dan echt boos waren op elkaar weet ik zeker. Ze was fel, had een grote mond en zat in de volleybalclub tot achter in haar veertigste. Ze trouwde met de broer van een vriendin en ging wonen in de familieboerderij bij het dorp. Ze waren actief in het kerkelijk leven, totdat ze de boerderij met land en melkquota verkochten en een huisje lieten bouwen in het grotere nabuurdorp.

Ze was vroeger nogal religieus aangelegd, maar toen de Gereformeerde kerk opging in een compleet nieuwe protestantse gemeente, haakte ze af. Trouwens het ging al mis, toen vrouwen dominee konden worden.

Afgelopen week hebben we haar bezocht in het noorden van het land. Ze wordt verpleegd in een verzorgingstehuis en dat doen ze goed, geloof ik.

Waar ik bedroefd van werd was de afwezigheid van de ziel, van het staren in de verte, van het voorbij kijken. En net voordat je weggaat is er een klein lachje, zodat je hoop op contact wordt ingevuld. Maar door wie? Door haar of door ons? Ik was letterlijk met stomheid geslagen en heb nauwelijks een woord kunnen uitbrengen. Hoe komt dat? Ik weet het niet, ik weet het niet. Maar misschien kan ik daarom niet over de uitdrukking "leven als broer en zus" als metafoor voor een slecht huwelijk. Mijn relatie met mijn zus is een heel andere dan die van man en vrouw, die getrouwd zijn. Je kunt niet scheiden van je zus.

Jan Visser