Gemeenten willen sneller en beter stemmen tellen
ENSCHEDE - De gemeenten Enschede en Losser willen bij de gemeenteraadsverkiezingen in maart volgend jaar een proef houden door stemmen deels centraal te gaan tellen. Zij willen graag aanhaken bij dit landelijke experiment.
Tot nu toe werden de stemmen na afloop met de hand geteld in alle stembureaus. Eerst per partij, daarna per kandidaat. Dit vergt echter veel tijd, waardoor uitslagen even op zich laten wachten. De gemeenten denken dat dit efficiënter kan en met een betrouwbaarder resultaat, aldus een gezamenlijke verklaring.
Proef
De gemeenteraden moeten nog wel instemmen met het voorstel voor deze proef waarna het Ministerie van Binnenlandse Zaken bepaald of zij deel kunnen nemen aan deze vorm van telling die dan ook in een klein aantal andere gemeenten toegepast zal worden. De opzet van de proef is eigenlijk heel simpel: de stembureau's tellen nog wel de stemmen op partijniveau, maar de telling per kandidaat zal dan de volgende dag gebeuren in de Diekmanhal in Enschede. Hier zitten dan telteams klaar om de stemmen te tellen. In theorie kunnen zij dit sneller, efficiënter, uniformer en betrouwbaarder - zo hopen de gemeenten.
Snelle uitslag
Zo kan dan al wel op de avond zelf een voorlopige, algemenere uitslag gepresenteerd worden en de volgende dag uitgesplitst per kandidaat. Bij de vorige verkiezingen duurde het tellen dusdanig lang dat uitslagen lang op zich lieten wachten. Het splitsen hiervan moet dan voordeel opleveren. Ook de Landelijke Evaluatie van de vorige verkiezingen, bestaande uit leden van het Ministerie van Binnenlandse Zaken, de Kiesraad, de NVVB-commissie verkiezingen en enkele burgemeesters, heeft dit geconstateerd.
Experiment
Om de kwaliteit te kunnen garanderen heeft de Tweede Kamer ingestemd met een tijdelijke Experimentenwet, waarin het centraal tellen wordt mogelijk gemaakt. De werkgroep verkiezingen van de gemeenten Enschede en Losser wil tijdens de komende gemeenteraadsverkiezingen in maart 2018 graag gebruik maken van deze mogelijkheid. Het stemmen met potlood werd in 2009 weer ingevoerd nadat er rond 2006 ophef ontstond over de veiligheid van de stemcomputer. Deze bleken relatief gemakkelijk te manipuleren, waardoor de validiteit van een stem moeilijk te achterhalen was. Papieren stemmen zijn in theorie lastiger te manipuleren op grotere schaal.